Hoe verteerbaar zijn de suikers in jouw rantsoenen?

Voor het bepalen van de kwaliteit en de benutbaarheid van suikers, is het belangrijk om de verschillende stromen van elkaar te onderscheiden. Ga daarvoor de onderstaande punten na:

  • Waar komen de bijproducten vrij? Is dit aan het begin van een productieproces of aan het einde?
  • Wat gebeurt er tijdens dat productieproces? Gaan er voedingstoffen uit of worden voedingsstoffen toegevoegd?
  • Welke voedingsstoffen zijn aanwezig in de reststroom?

Bij suikers kan dat essentieel zijn voor de benutbaarheid door het varken.

Suikers, goed of slecht?

Suikers en zetmeel zijn koolhydraten. Naast vetten vormen zij een belangrijke energiebron voor varkens. Koolhydraten bestaan uit één of meer sachariden (suikermoleculen), zoals:

  • Monosachariden, zoals: glucose en fructose;
  • Disachariden, zoals: lactose en sucrose;
  • Polysachariden. zoals: zetmeel.

Enzymen in het speeksel en in de dunne darm breken de sacharideketens af tot glucose. Deze glucose worden opgenomen door het lichaam van het varken. Hoe gemakkelijk het afbraakproces verloopt, hangt af van de structuur. Is de structuur ingewikkeld, dan verloopt het afbreken ook moeizamer. Daarnaast moet, voordat het zetmeel of de suiker beschikbaar is voor het varken, vaak eerst de zetmeelhoudende plantencel worden afgebroken. (zie figuur 1). Dit kan door verhitting. Aardappelen zijn in dit geval een goed voorbeeld. Het varken kan het zetmeel hierin pas benutten na verhitting.

Wat gebeurt er nu met de suikers die niet afgebroken worden in de dunne darm? Deze suiker vervolgen hun reis naar de dikke darm. Daar vormen zij een voedingsbron voor bacteriën. Dit kan leiden tot bijvoorbeeld diarree of plakkerige mest.

Herkomst van suikers

Suikers en zetmeel worden uit grondstoffen gewonnen tijdens productieprocessen in de levensmiddelenindustrie. Denk daarbij aan de productie van alcohol en brood. Men wil daarbij zoveel mogelijk zetmeel en suiker uit de grondstof te winnen. De reststroom die overblijft, bevat vaak weinig zetmeel of suiker. En wat er nog resteert, is moeilijk te winnen.

Ook het varken heeft moeite met het verteren van de restanten. Daardoor is de kans groot dat deze resten in de dikke darm gefermenteerd worden. Dit kost meer energie dan wanneer het in de dunne darm door enzymen wordt afgebroken en is daarom niet ideaal.

 

Broodmelange: voor energie in je brijrantsoen

Met Broodmelange als energiebron kun je dit voorkomen. Broodmelange is namelijk gemaakt van eindproducten, zoals brood, taart en taartbodems, in plaats van bijproducten. Het bestaat dus uit het hoogwaardig zetmeel dat uit de graankorrel komt, in plaats uit de niet-gewonnen restjes aan de schil en de schil van de graankorrel. Het zetmeel in Broodmelange is daardoor goed verteerbaar. Dit geldt ook voor de kristalsuiker dat men aan bakkerijproducten toevoegt. Varkens nemen dit zeer gemakkelijk op. Hierdoor komen er vrijwel geen suikers in de dikke darm terecht.

Conclusie

Wanneer je de oorsprong van suikers weet, kun je de kwaliteit ervan bepalen.

  • Zijn de suikers gemakkelijk verteerbaar of juist moeilijk?
  • Komen ze uit grondstoffen of uit bijproducten?

Niet de hoeveelheid, maar de herkomst van de suikers is essentieel.

Wil je weten hoe goed jouw varkens de koolhydraten in hun rantsoenen kunnen benutten? Nijsen/Granico kan je helpen om dit in beeld te brengen. Neem gerust contact op via het contactformulier. Je kunt ons natuurlijk ook bellen of stuur een e-mail naar onze specialist Broodmelange, Erik Klaessens.

Contact

SharpSpring-header-Nijs_to_Meet